Maandblad Voor Accountancy en Bedrijfseconomie 84(3): 104-122, doi: 10.5117/mab.84.15757
Tuchtprocedure SOBI / Deloitte
R. Pruijm
Corresponding author:
R. Pruijm © R. Pruijm. This is an open access article distributed under the terms of the Creative Commons Attribution License (CC BY-NC-ND 4.0), which permits to copy and distribute the article for non-commercial purposes, provided that the article is not altered or modified and the original author and source are credited.
Citation:
Pruijm R (2010) Tuchtprocedure SOBI / Deloitte. Maandblad Voor Accountancy en Bedrijfseconomie 84(3): 104-122. https://doi.org/10.5117/mab.84.15757 | |
Abstract Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) tegen accountant Deloitte in de Aholdzaak bevestigde het vonnis van de Raad van Tucht dat de accountant volgens de rechter ‘ernstig tekort geschoten’ is en blijk heeft gegeven van ‘een grote mate van passiviteit’. Mag de accountant, in zijn rol als groepsaccountant, afgaan op het werk dat door een collega is verricht? Kunnen buitenlandse collega’s niet zonder meer worden vertrouwd? Het CBb introduceerde het begrip ‘buitengewone omstandigheden’; zet het CBb hier een nieuwe norm neer? Biedt de nieuwe controlestandaard ISA 600 voldoende duidelijkheid?