Maandblad Voor Accountancy en Bedrijfseconomie 82(7/8): 334-339, doi: 10.5117/mab.82.20850
De uitspraak van de Ondernemingskamer in AFM versus Spyker
H. K. O. Reimers
Corresponding author:
H. K. O. Reimers © H. K. O. Reimers. This is an open access article distributed under the terms of the Creative Commons Attribution License (CC BY-NC-ND 4.0), which permits to copy and distribute the article for non-commercial purposes, provided that the article is not altered or modified and the original author and source are credited.
Citation:
Reimers HKO (2008) De uitspraak van de Ondernemingskamer in AFM versus Spyker. Maandblad Voor Accountancy en Bedrijfseconomie 82(7/8): 334-339. https://doi.org/10.5117/mab.82.20850 | |
Abstract De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft haar eerste jaarrekeningprocedure bij de Ondernemingskamer (OK) verloren en is daartegen inmiddels in cassatie gegaan. De uitspraak bevestigt dat het bestuur van een onderneming bij interpretatie van open normen en feiten de nodige vrijheid heeft. Gebruik van deze vrijheid wordt slechts marginaal getoetst. Gezien de uitkomst van de procedure lijkt de AFM volgens de OK bij haar toezicht op basis van de Wet toezicht fi nanciële verslaggeving (Wtfv) een andere toetsing te hanteren dan die de OK voorstaat. Mocht de Hoge Raad in cassatie niet tot een andere conclusie komen dan de OK, dan zal de AFM haar toezichtstrategie in dat opzicht wellicht moeten wijzigen.