Corresponding author: Martijn Duffels ( duffelsm@dds.nl ) Academic editor: Barbara Majoor
© 2021 Melissa van den Broek, Martijn Duffels.
This is an open access article distributed under the terms of the Creative Commons Attribution License (CC BY-NC-ND 4.0), which permits to copy and distribute the article for non-commercial purposes, provided that the article is not altered or modified and the original author and source are credited.
Citation:
van den Broek M, Duffels M (2021) Audit quality indicators: ervaringen in het buitenland beschouwd. Maandblad Voor Accountancy en Bedrijfseconomie 95(1/2): 77-85. https://doi.org/10.5117/mab.95.61425
|
Audit Quality Indicators (AQI’s) zijn een hot topic in binnen- en buitenland. In Nederland volgt de recente aandacht voor AQI’s uit de aanbevelingen van de Commissie toekomst accountancysector (CTA) en de werkzaamheden van de kwartiermakers op dit vlak. In het buitenland – in het bijzonder in Canada, Singapore en Zuid-Afrika – bestaat ervaring met de ontwikkeling en praktische toepassing van AQI’s. In deze bijdrage staan de ervaringen met AQI’s uit deze drie landen centraal en volgt een vergelijking op enkele belangrijke onderdelen. Deze bijdrage behandelt de kijk van de toezichthouders op het concept AQI’s, de belangrijkste doelgroepen van AQI’s, de benadering ten aanzien van (de selectie van) relevante AQI’s, de rol van de toezichthouder, en de wijze van communicatie over AQI’s. Ook schenkt deze bijdrage aandacht aan overige relevante ontwikkelingen elders in het buitenland en wordt de Nederlandse praktijk op basis van een quick scan op hoofdlijnen afgezet tegen deze internationale ontwikkelingen en ervaringen. De bijdrage eindigt met de aanbevelingen om de ontwikkelingen in het buitenland te blijven volgen en om de afsluitende observaties als lessen of relevante achtergrond mee te nemen voor een duurzame ontwikkeling en bestendiging van AQI’s in Nederland.
AQI, CTA, AFM, beleidsanalyse, buitenland, toezicht, praktijk
Het kabinet heeft het advies van de Commissie toekomst accountancysector om eenduidige criteria te ontwikkelen voor het meten van kwaliteit via AQI’s overgenomen. De ontwikkelingen van en praktische ervaringen met AQI’s en de rol van de toezichthouder op accountants(organisaties) in het buitenland zijn relevant voor de duurzame ontwikkeling en bestendiging van AQI’s in Nederland. Deze bijdrage brengt de belangrijkste buitenlandse ontwikkelingen en ervaringen op het gebied van AQI’s in kaart en vergelijkt enkele van de belangrijkste initiatieven op dit gebied.
Audit quality is een moeilijk grijpbaar begrip. Er bestaat geen eenduidige uitleg en toepassing van dit begrip: het gaat om de kwaliteit van de wettelijke controle via de onderbouwing van het oordeel in de controleverklaring (output). Volgens velen moeten echter ook de investeringen en het proces dat geleid heeft tot die controleverklaring (input en process) in de discussie over audit quality worden betrokken (zie o.a.
Op 31 januari 2020 heeft de Commissie Toekomst Accountancysector (CTA) haar eindrapport gepubliceerd. In haar rapport beveelt de Commissie aan om eenduidige criteria te ontwikkelen voor het ‘meten’ van kwaliteit via AQI’s en het doen van meer wetenschappelijk onderzoek (aanbevelingen 1 en 3,
In de kabinetsreactie op het rapport heeft de minister van Financiën aangekondigd deze aanbevelingen over te nemen. Daarbij geeft hij aan dat hij de verplichtingen voor AQI’s waar nodig wettelijk wil vastleggen. De minister ziet een grote rol voor de kwartiermakers en de sector om mee te denken over geschikte AQI’s en vraagt specifiek aan de Autoriteit Financiële Markten (AFM) ‘mee te denken met de ontwikkeling van audit quality indicators en daarbij de ervaringen uit het buitenland te betrekken’ (
De ontwikkeling van en ervaringen met AQI’s in het buitenland, en de rol van de toezichthouder op accountants(organisaties), zijn relevant voor de duurzame ontwikkeling en bestendiging van AQI’s in Nederland. Mede in het licht van het verzoek van de minister van Financiën om mee te denken met de ontwikkeling van AQI’s en daar de ervaringen uit het buitenland bij te betrekken, hebben wij voor de AFM een vergelijkende analyse verricht naar de ontwikkelingen en ervaringen met het gebruik van AQI’s en de rol van de toezichthouder op accountants(organisaties) in het buitenland. Deze beleidsanalyse is ook gedeeld met de kwartiermakers.
In deze bijdrage, gebaseerd op de voornoemde beleidsanalyse, besteden wij aandacht aan de belangrijkste buitenlandse initiatieven op het gebied van AQI’s en delen wij onze observaties.
De vraag die centraal staat in deze paragraaf betreft hoe de toezichthouders uit Canada, Singapore en Zuid-Afrika aankijken tegen het concept van AQI’s. Daarvoor kijken we naar de juridische context, de omschrijving van of begrip die deze toezichthouders aan het concept AQI’s geven en daarbij relevante overwegingen en beperkingen van AQI’s die deze toezichthouders op voorhand signaleren.
In Canada moedigt de toezichthouder Canadian Public Accountability Board (CPAB) het gebruik van AQI’s aan, maar bestaan geen juridische verplichtingen hiertoe. Ook in Singapore is het gebruik van het zogenaamde AQI Framework niet verplicht, maar worden auditcommissies en accountantsorganisaties aangemoedigd het Framework te gebruiken. Gegeven de intentie van de toezichthouder Accounting and Corporate Regulatory Authority of Singapore (ACRA) om op geaggregeerde basis AQI-data te publiceren, neigt dit in enige mate naar een verplichting voor accountantsorganisaties. Ook in Zuid-Afrika zijn AQI’s niet wettelijk verankerd, maar bestaat er via verzoeken van de toezichthouder Independent Regulatory Board for Auditors (IRBA) enige mate van verplichting voor accountantsorganisaties om over AQI’s te rapporteren.
Wanneer wij de omschrijving van AQI’s die deze toezichthouders hanteren in hun (meest recente) publicaties over AQI’s met elkaar vergelijken en de (toegevoegde) waarde van AQI’s en de beperkingen die zij daarbij zien of ervaren, dan valt het ons op dat de toezichthouders CPAB, ACRA en IRBA elk een eigen omschrijving van het AQI-concept hanteren, waarin accenten op onderdelen verschillen (
De drie toezichthouders benadrukken voorts dat AQI’s moeten worden bediscussieerd in de juiste context (
Audit Hours: Time spent by audit team members during each audit phase (Singapore) Specialist Engagement: Where and how much (measured in hours) persons with “specialized skill and knowledge” are used in the audit (Canada) Independence: Results of independence findings specific to the engagement and/or to the audit firm generally (Canada) Partner Experience: An average tenure as an engagement partner (in years). This is also an indicator of years of experience as an engagement partner (Zuid-Afrika) Quality Control: Headcount in quality control functions (Singapore) Internal Review Results: An average percentage of all results ratings of engagement partners, subject to internal reviews during the calendar year. (Zuid-Afrika) |
Naast de benadering van het concept van AQI’s door de toezichthouders ACRA, CPAB en IRBA uit de voorgaande paragraaf, hebben wij de ontwikkeling en ervaringen met de praktische toepassing van AQI’s in Canada, Singapore en Zuid-Afrika op onderwerpen vergeleken. De onderwerpen betreffen de belangrijkste doelgroepen van AQI’s, de benadering ten aanzien van AQI’s en (de wijze van) de selectie van relevante AQI’s, de rol van de toezichthouder, en de wijze van (publieke) communicatie over AQI’s. Onze belangrijkste observaties uit deze vergelijking volgen hierna per onderwerp.
De primaire AQI-doelgroepen zijn verschillend in de drie landen. De meest relevante doelgroepen voor het gebruik van AQI’s zijn auditcommissies en accountantsorganisaties, en in mindere mate het bestuur (management) van de ondernemingen en de toezichthouders zelf. Waar de toezichthouders in Singapore en Canada zich in hun activiteiten op het gebied van AQI’s voornamelijk richten op auditcommissies, legt IRBA de focus vooral op (het gebruik van AQI’s door) accountantsorganisaties. IRBA stelt primair dat de AQI-uitkomsten ‘will encourage firms to understand the gaps and, where relevant, close the gaps, where they are measured to be laggards, and assist firms to consider their approaches to quality and grow their investment in quality to improve their ratios (or scores)’ (
De drie toezichthouders bespreken in hun rapporten in grote mate dezelfde voordelen en beperkingen in het gebruik van AQI’s, inclusief de inherente beperkingen van AQI’s en praktische uitdagingen bij het gebruik daarvan (
In alle drie de landen zijn de ontwikkelingen rondom AQI’s geïnitieerd vanuit de toezichthouders en niet vanuit de sector of wetgever. Wel bestaan duidelijke verschillen in de benadering ten aanzien van AQI’s en daarmee ook in de selectie van relevante AQI’s.
CPAB hanteert een bottom-up-benadering, waarbij zij de (meer)waarde van AQI’s beziet vanuit de kwaliteit van individuele wettelijke controles. Omdat elke wettelijke controle uniek is, laat CPAB de selectie van relevante AQI’s in het geheel aan auditcommissies, het bestuur van de ondernemingen en accountantsorganisaties (
AQI’s blijken sterk contextafhankelijk. Dat wil zeggen dat de relevantie en selectie van AQI’s afhangen van het land, sector en kenmerken of doelstellingen van de betrokken partijen bij het gebruik van AQI’s. Ook wanneer landen een vergelijkbare benadering hanteren, zijn verschillen zichtbaar. Zo is onafhankelijkheid in Zuid-Afrika een heel belangrijk AQI-thema waar verschillende indicatoren voor zijn geformuleerd (
Ongeacht de gehanteerde benadering zijn de drie toezichthouders zéér voorzichtig in het definiëren en toelichten van de AQI’s in relatie tot kwaliteit. CPAB beperkt zich tot de algemene uitlating dat zij van mening is dat AQI’s een significant potentieel hebben om een positieve impact te hebben op audit quality (
De gekozen benaderingen leiden ook tot verschillende rollen voor de toezichthouder in relatie tot AQI’s. Verschillen zijn te vinden in de mate van betrokkenheid van de toezichthouder bij de ontwikkeling van (een set van) AQI’s en in hoeverre AQI’s worden meegenomen in het toezicht waarbij de toezichthouder op basis van onderzoek een oordeel geeft over de toepassing van AQI’s door de accountantsorganisaties (c.q. rapportage van AQI’s op voorgeschreven wijze).
In Canada pakt de toezichthouder de rol van facilitator en aanjager, door partijen met elkaar in contact te brengen via het door hen opgerichte AQI-netwerk en via het vervaardigen van guidance. De verantwoordelijkheid voor het selecteren van relevante AQI’s ligt bij auditcommissies en het bestuur van de ondernemingen, en de accountantsorganisaties (
Er bestaan tot slot verschillende manieren in de wijze van communiceren over AQI’s. Accountantsorganisaties kunnen direct over hun AQI’s rapporteren aan auditcommissies van hun controlecliënten (private reporting), maar ook over AQI’s communiceren in openbare (transparantie)verslagen. Voor de onderlinge communicatie tussen accountantsorganisaties en auditcommissies hebben de AQI’s op opdrachtniveau doorgaans de meeste waarde. Immers, voor de vervulling van hun oversight-rol behoren auditcommissies de wettelijke controle gedurende het proces te monitoren en daar is concrete informatie voor nodig. Voor de openbare rapportages zijn AQI’s op organisatieniveau juist het meest relevant voor de verschillende belanghebbenden. Investeerders, maar ook accountantsorganisaties zelf, worden daarmee in staat gesteld een vergelijking te maken. Ook voor auditcommissies is dit van waarde, bijvoorbeeld om in de selectie- en benoemingsprocedure van de accountants(organisatie) enig vergelijkingsmateriaal te hebben tussen de accountantsorganisaties.
Ook toezichthouders kunnen rapporten publiceren over het gebruik van AQI’s op basis van de door accountantsorganisaties verstrekte data. De benadering van ACRA en IRBA, waarin AQI’s in belangrijke mate gericht zijn op het mogelijk maken van een vergelijking tussen accountantsorganisaties, leidt ertoe dat de toezichthouders aldaar hebben gekozen voor het publiceren van AQI-data, al dan niet in geaggregeerde of geanonimiseerde vorm (
In een aantal andere landen binnen en buiten Europa worden ook verschillende initiatieven op het gebied van AQI’s ontplooid. Deze initiatieven zijn in de regel echter niet zo ver ontwikkeld als de ervaringen met AQI’s in Canada, Singapore en Zuid-Afrika, of zijn van (zeer) recente aard. Hierna volgt een kort overzicht van verschillende relevante ontwikkelingen in het buitenland.
In 2015 heeft de Public Company Accounting Oversight Board (PCAOB) uit de Verenigde Staten een consultatiedocument gepubliceerd over AQI’s. Daarbij heeft zij belanghebbenden om feedback gevraagd op een voorgestelde set indicatoren, die zouden (kunnen) helpen bij het beoordelen van de accountant(sorganisatie), zijn processen en rapportage (
In februari 2020 heeft de Comissão do Mercado de Valores Mobiliários (CMVM) haar Guide for the Application of Audit Quality Indicators gepubliceerd, die in samenwerking met andere toezichthouders, wetenschappers en de beroepsorganisaties is opgesteld (
In Zwitserland verzamelt de Federal Audit Oversight Authority (FAOA) al sinds 2012 AQI’s van de vijf grootste accountantsorganisaties (Big 4 en BDO). Sinds 2015 rapporteert de FAOA hierover in de jaarverslagen. Het gaat enkel om AQI’s op organisatieniveau, waarbij het aantal indicatoren met de jaren is uitgegroeid tot twaalf. De FAOA rapporteert op geaggregeerde basis over deze AQI’s en zet deze af tegenover voorgaande jaren. De toezichthouder gebruikt de AQI’s vooral voor trendanalyses, risicobeoordelingen en de planning van toezichtonderzoeken (FAOA 2020).
De Japanese Financial Services Agency / Certified Public Accountants and Auditing Oversight Board moedigt accountantsorganisaties aan via de Japanse Audit Firms Governance Code (
In mei 2020 heeft de Financial Reporting Council (FRC) het eerste thematische onderzoeksrapport over AQI’s gepubliceerd. De Britse toezichthouder richt zich op de door de grootste accountantsorganisaties intern gehanteerde AQI’s waarop deze organisaties binnen de organisatie sturen. De FRC wijkt af van de eerder betrokken landen uit de analyse, door niet alleen kwantitatieve maar ook kwalitatieve aspecten te betrekken als relevante onderdelen van het concept AQI’s. Enkele observaties die de FRC in haar onderzoeksrapport maakt zijn relevant om in deze bijdrage kort te noemen. De FRC stelt vast dat:
De FRC geeft aan dat zij de intentie heeft één set AQI’s te ontwikkelen waarover accountantsorganisaties in hun transparantieverslagen (moeten) rapporteren en dat zij de interne ontwikkeling en gebruik van AQI’s binnen accountantsorganisaties wil gaan monitoren als onderdeel van haar toezicht. Accountantsorganisaties worden aangemoedigd om meer actuele en voorspellende AQI’s toe te passen. Met het voorgaande pakt de FRC een actievere rol dan voorheen, vergelijkbaar aan de rol van de Zuid-Afrikaanse toezichthouder IRBA.
Internationaal wordt Nederland aangemerkt als een van de landen waar AQI’s worden toegepast, omdat de handreiking Kwaliteitsfactoren (
We eindigen deze bijdrage met enkele observaties volgend uit de internationale ontwikkelingen en ervaringen in het buitenland op het gebied van AQI’s. Deze initiatieven zijn allemaal recent en nog volop in ontwikkeling. Het verdient daarom aanbeveling de ontwikkelingen in het buitenland te blijven volgen. Daarnaast adviseren we om onderstaande observaties als lessen of relevante achtergrond mee te nemen voor een duurzame ontwikkeling en bestendiging van AQI’s in Nederland:
Bij elke discussie over AQI’s is het noodzakelijk is om helder te hebben wat wordt verstaan onder audit quality. In het buitenland maakt men doorgaans een onderscheid tussen audit quality op opdracht- en organisatieniveau. Het is goed om in het achterhoofd te houden dat de CTA, en in navolging daarvan ook de kwartiermakers, spreekt over drie niveaus van kwaliteit. Naast kwaliteit van de wettelijke controles en van het kwaliteitsbeheersingssysteem voegen de CTA en de kwartiermakers er onderliggende factoren die van materiële invloed zijn aan toe. Waar deze drie niveaus overeenkomen met de wijze waarop de AFM in haar toezicht naar kwaliteit verwijst – (i) de kwaliteit van wettelijke controles, (ii) de kwaliteitswaarborgen (stelsel van kwaliteitsbeheersing) en de kwaliteitscirkel en (iii) de kwaliteitsgerichte cultuur – hebben wij bij de buitenlandse initiatieven op het gebied van AQI’s dit derde niveau niet aangetroffen. Het is belangrijk dat de betrokken partijen weten wat met audit quality bedoeld wordt als zij daar in het kader van AQI’s met elkaar over spreken.
Op basis van de ervaringen in het buitenland constateren wij dat AQI’s geen vervanging zijn van (oordelen over) audit quality. Verwachtingen over AQI’s moeten dus realistisch zijn. Het is bovendien belangrijk dat alle belanghebbenden hier hetzelfde beeld bij hebben. In de buitenlandse praktijk worden AQI’s beschouwd als overwegend kwantitatieve metrics die kunnen worden gebruikt om inzicht te geven in (factoren die kunnen bijdragen aan) audit quality. Op basis van de ervaringen in het buitenland kan niet gezegd worden wat de echte drivers van audit quality zijn en is de sterkte van de relatie tussen een indicator en de daadwerkelijk audit quality onduidelijk. Belangrijk is daarom de uitlegbaarheid van een mogelijke relatie tussen een indicator en een driver van audit quality.
Wij observeren ook dat AQI’s situationeel en contextafhankelijk zijn: er is geen one-size-fits-all-benadering of één ultieme lijst van AQI’s. Buitenlandse toezichthouders geven ook aan dat er geen silver bullet-AQI bestaat. De initiatieven in het buitenland laten zien dat de selectie en vormgeving van AQI’s onder meer verband houdt met de doelstelling van het gebruik van AQI’s, de primaire doelgroepen van AQI’s, en de rol die de toezichthouder hierin pakt. Deze context voedt vervolgens ook de vraag op welke wijze over AQI’s gecommuniceerd wordt (publiek vs. privaat, op opdracht- en/of organisatieniveau, de mate van detail in rapportages, etc.). Op basis van de gebruikte AQI’s in het buitenland stellen wij bovendien vast dat AQI’s vooralsnog veelal op het verleden zien en er beperkt tot geen AQI’s zijn die zich richten op ‘het nu’ of een voorspellende waarde hebben.
Hoewel verschillende AQI-benaderingen elkaar niet hoeven uit te sluiten, kan er wel een spanning bestaan vanwege verschillen in focus, verwachtingen en het moment in tijd waarop de AQI’s toegepast worden. Wanneer AQI’s bijvoorbeeld voor accountantsorganisaties vooral dienen als interne sturingsinformatie, zal zij zich in de regel meer richten op organisatiebrede indicatoren. Deze informatie is voor auditcommissies en het vervullen van hun monitoringrol van beperkte waarde; daar zal de behoefte eerder liggen in het formuleren en gebruiken van AQI’s die zich richten op de (kwaliteit van) de wettelijke controle van de onderneming.
Eerder gaven wij al aan dat Nederlandse accountantsorganisaties ook gebruik maken van organisatiebrede factoren die niet of minder sterk te relateren zijn aan audit quality. Wanneer men zich vooral richt op AQI’s op organisatieniveau moet worden gewaakt voor een vervuiling van AQI’s met andere prestatie-indicatoren die niet of beperkt vanuit de lens van kwaliteit (audit quality) zijn ingegeven. Dit is in het bijzonder relevant wanneer accountantsorganisaties AQI’s (ook) gebruiken als interne sturingsinformatie.
In het buitenland is het gebruik van AQI’s doorgaans geïnitieerd door de toezichthouder. Er bestaan in het buitenland geen harde juridische verplichtingen tot het gebruik van AQI’s. De rol die de toezichthouders pakken verschilt van stimuleren en aanjagen tot een sterkere regulatory rol. In het laatste geval zijn ook verschillende benaderingen te ontwaren: informatie over AQI’s kan dienen als business intelligence voor de risicogeoriënteerde benadering van de toezichthouder. Een toezichthouder kan haar toezichtinspanning bijvoorbeeld verminderen bij een accountantsorganisatie wanneer deze op bepaalde AQI’s in positieve zin afwijkt van andere accountantsorganisaties, of juist extra inzet plegen bij een negatieve afwijking. Een andere variant is dat de toezichthouder onderzoekt of de accountantsorganisaties op voorgeschreven wijze communiceren met auditcommissies. En hoewel AQI’s ook in het buitenland steeds meer omarmd worden, geldt dat géén van de toezichthouders in het buitenland AQI’s als zodanig gebruikt in haar oordeel over audit quality.
Mr. dr. M. (Melissa) van den Broek was van oktober 2016 tot augustus 2020 werkzaam als (senior) beleidsadviseur bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) voor het toezicht op accountantsorganisaties en het anti-witwastoezicht. In die hoedanigheid verrichtte zij samen met Martijn de beleidsanalyse waarop deze bijdrage is gebaseerd. Momenteel werkt zij als senior financial crime compliance officer bij ING. Melissa schrijft deze bijdrage op persoonlijke titel.
Drs. M.A.H. (Martijn) Duffels RA is als senior toezichthouder werkzaam bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en vooral betrokken bij internationale samenwerking, beleid en (beroeps)regelgeving op het gebied van het toezicht op accountantsorganisaties.
Deze bijdrage is gebaseerd op een (niet-wetenschappelijke) beleidsanalyse die in de periode april – juni 2020 voor de AFM is verricht. Het doel van de beleidsanalyse was primair om inzicht te krijgen in de ontwikkelingen en ervaringen met AQI’s in het buitenland. Secundair had deze beleidsanalyse tot doel een vergelijking op hoofdlijnen te maken tussen de Nederlandse en de buitenlandse AQI praktijk.